Brief van Maurits Waterman aan zijn zus Mirjam vanuit kamp Westerbork
Van: Mau (Maurits Waterman)
Aan: Mir (Mirjam Waterman)
Plaats: Westerbork, kamp
Datum: 1943-05-10
Onderwerp: dagelijks leven in kamp; hij krijgt eindelijk werk, met een stel jongens werken bij een boer; ontmoeting met Manfred Schwab, die al 3,5 jaar in het kamp zit; Adi Wahrhaftig is ook in het kamp (Rudelsheimstichting). Hij kan blijven omdat hij op de Palestina-lijst staat; transport uit Vught met 1200 personen is de dag voor het schrijven binnengekomen; het is transportnacht, zenuwachtige stemming, zal een slapeloze nacht worden, om half vier zal worden bekend gemaakt wie mag blijven en wie op transport zal gaan. In de strafbarak kan je naar buiten tot aan de wc-barak. De heidekant naar buiten, 10 meter wit zand, een sloot van een meter of drie, 16 rijen prikkeldraad, een paadje en allemaal kleine berkenboompjes, de uitgestrekte heide en heel in de verte boerderijen en velden met koolzaad, om de 200 meter wachttorens van de marechaussee. Maurits is bang voor Polen en de onmenselijke treinreis; het heeft in het kamp gestoven, een stofbril in onontbeerlijk; de volgende ochtend een transport binnengekomen van de Amstelveense weg en 1450 mensen zijn uit kamp Westerbork vertrokken…